Home

Klank


Bij klankvariatie in de naamgeving is vooral te denken aan de invloed van dialect. De invloed van het dialect op het ontstaan van naamvarianten kan zich op verschillende manieren maifesteren. Zo veranderen bijvoorbeeld in bepaalde streken bij de vorming van verkleinwoorden de klinkers, de 'a' wordt 'e'; dus 'man' wordt 'menneke'. Dat gebeurt ook met namen: een klein kind dat Frans heet, kan Frenske genoemd worden. Wanneer hij daar te oud voor is geworden, kan de vleivorm Frenske 'volwassen' worden door er Frens van te maken. Een ander voorbeeld van variatie die onstaat onder invloed van het dialect is de wisseling van 'ij' en 'ie'. Mensen in het ij-gebied maakten van namen als Liesbeth Lijsbeth en Marie Marij. De mensen uit het ie-gebied vonden de klank 'ij' soms deftiger en maken daarom van Marieke een vorm Marijke. Eenzelfde verschijnsel doet zich voor bij de Nederlandse 'ui', de klank van 'huis', 'tuin' en 'uit'. In sommige streken wordt die altijd uitgesproken als 'uu', bijvoorbeeld: 'huus', 'tuun' en 'uut'. Het gevolg hiervan was dat er naamparen ontstonden als Huib en Huub, en Trui en Truus.

In de moderne naamgeving heeft het dialect vrijwel geen invloed meer. Klankvariatie is wel mogelijk, maar dan gaat het om de vorming van varianten door klanken in bestaande namen te wijzigen. Zo kan men door klinkerverandering van Denise Danise maken, van Ruben Rubin, van Emmely Emmaly etc. Door een andere medeklinker ontstaat uit Sicco Siddo, uit Dagmar Fagmar, uit Sander Lander, uit Bianca Mianca etc. Wanneer het verband met de oorspronkelijke naam te doorzichtig is, kan er eventueel nog een letter verwijderd of één worden toegevoegd.


Variatiemogelijkheden bij voornamen